donderdag 26 februari 2015

Creuse, Champagne en Thuis

Les Bregères is een gehucht, dat bij Fontanières in de Creuse ligt.  Hier hebben vrienden van ons een huis gekocht, dat ze aan het opknappen zijn. Ze willen er na hun pensioen gaan wonen. Ik had ooit de foto’s gezien van wat er moet gebeuren om het bewoonbaar te maken. Ze hebben heel hard gewerkt. De kamer is al reuze gezellig, met een prachtige schouw, een open haard en een keuken. Er moet nog veel gebeuren en vooral het dak behoeft aandacht. Het leisteen wordt vervangen door pannen en het dak geïsoleerd.  Ik bewonder hun moed. We worden warm onthaald, nadat we de caravan bij een buurman-boer in het weiland gezet hebben.  Een heerlijke maaltijd staat voor onze neus met een goed glas wijn. Het is raar weer in een huis te zijn, vooral de WC is een hernieuwde ervaring. Wij moeten in de caravan altijd een klep opentrekken met je ene hand en dan pompen met de andere. Nu hoeft dit niet meer,  weer wennen. Er wonen erg veel Nederlanders in de Creuse. De huizen zijn goedkoop, het gebied ontvolkt.  De Nederlanders vormen een  club, met regelmatige contact momenten en gezamenlijke etentjes.  

De volgende dag maken we een wandeling. Ondanks de temperatuur, die tegen het vriespunt ligt, erg mooi heuvelachtig. Veel roofvogels en koeien in de wei.  Op de terugweg moeten we door een  nat weiland. Het is goed uitkijken om geen natte voeten te krijgen. We springen van graspol naar graspol.

 

Weer verder. De weg door de Creuse is prachtig. Heuvelachtig en soms ruig. We rijden tot laat door. We zijn beide moe en het blijft regenen. Uiteindelijk vinden we toch een camping bij een boerderij in de Hauts Frênes in de Champagne. Weer een plaats om terug te komen. Ze maken zelf jam en appelcider. We kopen een fles, waarom heeft Nederland geen appelcider, zoals de Fransen die kennen. Hier is alles mierzoet.

Langs de weg.
De dag erop rijden we verder naar het Noorden en vinden laat op de dag een plekje in het gebied van de Serre. Nog 380 km te gaan voordat we thuis zijn. We staan langs de kant van de weg op een parkeerplaats bij een zuiveringsinstallatie, de wind giert rond de caravan. In de verte een kerktoren en geploegde akkers. We kruipen op tijd in bed om de volgende dag richting Nederland te rijden.
Frans oponthoud.
We zijn het erover eens dat Frankrijk mooie streken heeft. In de dorpen veel leegstand.

 
Weer rijden we over binnenwegen in de stromende regen. Bij Mons steken we de grens over. In België is het vreselijk  druk rond Brussel. Veel oponthoud om langs de ring te komen. We besluiten na Mechelen richting Eindhoven te rijden, omdat het richting Antwerpen ook vast staat.  Achteraf gezien was dit een slecht plan. Fred verrijdt zich in Mechelen en we komen tot stilstand in een doodlopende straat. Hij probeert daar te keren, maar helaas is het veel te krap. Hij zit vast tussen een hek en een plantsoentje  met een stoeprand. Het is ook lastig met zo een combinatie. Gelukkig ben ik in staat het geheel weer op de weg te krijgen met de uitstekende aanwijzingen van Fred. Wel hoor ik de as schuren over de stoeprand. Brr wat een stress. Tegen zes uur zijn we thuis. 11000 km gereden in 3,5 maand. Wel wat technische problemen, die we thuis kunnen oplossen. De waterpomp moet vervangen worden en een schakelaar functioneert niet naar behoren. We hebben is meer den 50000 km afgelegd de laatste drie jaar met de caravan. Onderhoud valt dan te verwachten.

Thuis staan er tulpen op tafel met een uitnodiging te komen eten bij de buren. Wat een super lief gebaar. Nieuwtjes worden uitgewisseld. Ook dat de buurman slechter wordt. Morgen erheen.

Het huis voelt onwennig. Groot. We hebben het niet echt gemist, die ruimte. Natuurlijk is de luxe van een afwasmachine, een wasmachine en dergelijke gemakkelijk. Maar we kunnen heel goed leven op 10 m2. Een hele troost voor als het huis te groot wordt. Dan zetten we gewoon de caravan in het weiland.

Vanmorgen bereikte ons het droevige bericht, dat Jan vannacht is overleden. Helaas hebben we hem dus niet meer levend gezien, maar hij wist dat wij veilig thuis gekomen zijn. Dat is voor ons een troost.

vrijdag 20 februari 2015

Drie reisdagen

Vanuit Gondesende zijn we naar Burgos gereden. De camping ligt buiten de stad en deze schijnt een mooi centrum en een kathedraal te hebben, die de moeite van een bezoek waard is.  Dus zo snel als de caravan staat gaan we richting de stad. Het is nog steeds bitter koud, tegen het vriespunt. Fred roept al dat hij een donsjack gaat kopen. Nummer hoeveel???? In de auto ligt zijn warme jas, die hem ook nog erg leuk staat. Maar hij ligt onderop en je snapt het al.

Het is een crime om de auto te parkeren, zo vol zijn de straten. We rijden wat rond en ik wil het al opgeven, als we toch nog een plekje vinden. We lopen richting centrum, het doet aan als een vestingstad. Zal het ook wel geweest zijn. Helaas blijkt de kathedraal al gesloten voor publiek, dus dit moeten we dan maar tegoed houden. Bij leven en welzijn komen we terug.


 
Vanuit Burgos rijden we naar Dax net over de Franse grens. We zien de besneeuwde toppen van de bergen voor ons, het weer is helder. Dit geeft een wintersport gevoel. Bij San Sebastiaan klimt het kwik op naar 21 graden, maar zakt over de grens weer erg snel naar 16 graden. We rijden langs een Lidl voor de boodschappen en wat doet dit Europees aan. Er is van alles te koop, vlees, champignons, wijn en chocolade. Vooral de laatste artikelen waren een luxe in Marokko.  We raken ook weer gewend aan Nederlandse  prijzen. Buiten Dax vinden we een boeren camping op het platteland. Een aardige oudere heer maakt een praatje en vindt de caravan super mooi. Hij kan er niet over uit. Het is nog heerlijk in het zonnetje en na ons kopje thee lopen we wat om de benen te strekken.
 
 

Vanuit Dax verder richting Limoge, dwars door de Dordogne via provinciale wegen.  Er komen veel herinneringen boven als ik namen als Mimizan, Arcachon, Bergerac  etc. zie.  In Arcachon belandde ik op mijn 23 ste na een verbroken verloving, bij een vriendin om uit te huilen. Het was ook de kennismaking met Cointreau en er is heel wat doorheen gegaan. Ik bleef daar een week of drie, veel wandelen en naar zee. Haar man was een autofanaat,  die reed tegen de 200 km per uur op de snelweg. Zoiets vergeet je niet.
Ook met de kinderen in de Dordogne geweest. Toen nog met tentjes. Ze waren in de leeftijd van 1,5 tot 6 jaar. Veel strand en zee, heerlijke vakanties vol avontuur. Later nog vaak terug geweest. Ik herinner me gigantische onweersbuien, we konden de bliksem vanuit de tent zien tekeer gaan. Prachtig was dat. Kanovakanties gingen ook die kant uit.

Nog later alleen met zoonlief. Hij aan het surfen ik op het strand en samen fietsen. Ik heb toen bijna een brand veroorzaakt, toen de spiritusbrander bij het navullen, de inhoud van de fles in brand stak. Gelukkig hadden we water in de buurt en een mede kampeerder kwam al met de brandslang aan. Het leverde mij een paar verbrande vingers op. Ook zo een herinnering.

 Met al dat autorijden heb je veel tijd om na te denken en besef je dat er veel gebeurd is in je leven.  Mooie dingen waar je blij van wordt en verdrietige dingen. Keuzes die je gemaakt hebt, die onbedoeld anderen pijn gedaan hebben.  Ik ben blij, dat de kinderen nu hun eigen keuzes maken en volwassen zijn.  We waardevolle vrienden hebben die ons leven verrijken. Wij kunnen genieten van onze vrijheid en de mogelijkheid hebben om dingen los te kunnen laten. Wat dat is nodig voor een ultieme vrijheid.

We staan nu ten noorden van Limoge. Op een parkeerplaats ergens bij een sportterrein. We hebben 20 liter water aan boord, dat wordt een uitdaging voor het douchen en afwassen. Het regent behoorlijk, we zetten de  grote wasmand buiten om extra water op te vangen.  Alle kleine beetjes helpenJ.

Morgen gaan we naar Les Bergères, waar vrienden van ons zijn neergestreken. Daar blijven we een dagje staan en dan verder richting huis. (800 km)

dinsdag 17 februari 2015

Wandeling Parque Natural de Montesinho.

Zoals eerder vermeld gaan we lopen. De eerste dag 6 km over de bergen. Het was al laat toen we vertrokken dus een korte wandeling moest nog wel lukken. We parkeren de auto ergens en lopen heerlijk langs akkers en velden, met jonge aanplant.


We zien af en toe een roofvogel en horen het gekwinkeleer van andere vogels in de bomen. Het is bitter koud met een echt gure wind. Maar toch fijn om even je benen te strekken. Doen we de volgende keer anders.



 
Dus gisteren een officiële wandeling (8,5km) op mijn mobiel gezet, met nog een 60% batterij capaciteit moet dat lukken. We starten om half twee en vinden al snel de gemarkeerde route. Het is heerlijk wandelen op een goed pad en veel mooier dan de tocht gisteren. We hoog in de bergen (1200m) en we hebben heel wijs onze regenbroeken aangetrokken om de koude wind buiten te sluiten. Het is bewolkt en af en toe valt er een spatje regen. Na een kilometer of vier komen we bij een dorpje een blaffende hond komt ons tegemoet, maar de eigenaresse zegt dat het geen kwaad kan.
We lopen langs een ouderwetse wasplaats en een waterkraan. Dat komt uit, want helaas heeft Fred het water in de auto laten staan.
 
Natuurlijk verdwalen we na een kilometer of zes. Ik geloof dat dit ons altijd overkomt. Dus weer terug naar de route en de batterij van mijn telefoon duidt aan dat ik ben gereduceerd naar 38%.
 

 En dan wordt het zwaar, we lopen langs een rivier, klimmen over rotsen, stijgen en dalen en kunnen geen kilometers maken. Het is nu al na vijven mijn mobiel valt uit. Gelukkig hadden we ook onze handheld GPS  als nood bij ons en kunnen zo de auto traceren. We hadden geen idee waar we waren.
 
 Oef hij zegt minstens nog drie kilometer, zoals een vogel vliegt en dat is recht naar boven. Fred biedt aan me achter te laten (de leukerd) en dan de auto te halen. Geen goed plan, want hij vindt me nooit meer terug in de duisternis. Verder klauteren dus met moede benen. Uiteindelijk rond kwart over zes bij de auto. Uit de latere GPS gegevens blijkt dat we bijna 12 km gelopen hebben met een behoorlijk aantal hoogtemeters. Gemiddelde snelheid 3 km per uur (niet om over naar huis te schrijven, maar we hebben ook gefotografeerd) en 4 en een half uur gelopen.

En dan realiseer je je dat je je nog wel jong voelt, maar dat echt niet meer bent. Want we zijn beide puf-af.

zaterdag 14 februari 2015

Gondesende, Camping Cepo Verde.

Het was lastig om weg te gaan van zo een lieflijke omgeving. We hadden ons reisschema al in de war gestuurd door hier langer te blijven. We zijn beide zo lui geworden en als je dan lekker staat is inpakken niet de eerste favoriet.  Na vier dagen nemen we afscheid van de eigenaren Bert en Thea en wensen hen veel succes met hun camping.

De volgende stop is de camping in Evora, dit is een doorgangscamping voor ons. We hadden beide moeite, die in onze herinnering terug te roepen, zo weinig indruk heeft die gemaakt. Alleen het feit dat er een super grote camper naast ons stond, bracht de herinnering terug. Laat in de middag lopen we de stad in om een beetje de sfeer te proeven. Er is een grote kathedraal en de restanten van een Romeinse tempel van Diana. In de straatjes  winkeltjes met souvenirs, vooral voorwerpen met een kurkeik look, zoals tassen, petten, sjaals etc etc.  Ook aardewerk is populair, maar te duur voor hetgeen geboden wordt. Verder vinden we niets moois.

De tempel van Diana
 
 De volgende dag zouden we ergens op een camping tegen de Spaanse grens in Alentejo zijn, we zijn afgeweken van onze route en belanden in Coimbra. Het was vroeger een Romijnse  nederzetting , het aquaduct getuigt hiervan.  Fred en ik zijn er ooit eerder geweest, toen we met rugzak en tent door Portugal trokken. Sweet memories. Coimbra is een Universiteitsstad. Veel jongen mensen in de straten.  We halen de fietsen uit de auto en suizen vanaf de camping de heuvel af. Er zijn overal eethuisjes en winkeltjes. Ik kan de verleiding niet weerstaan om voor 14 Euro een paar bergschoenen te kopen en ook Fred scoort schoenen.
Coimbra is op een stevige heuvel gebouwd, het lijkt wel een vesting.
 
Na de lunch in een heel klein cafeetje, waar men al 40 jaar kookt en opa met een vriendelijk gezicht bediend, gaan we naar de botanische tuin. Er schijnt een zwak zonnetje en natuurlijk is het hier ook winter.  De magnolia bloeit prachtig en dat geeft een voorjaarsgevoel.

 
Er zijn studenten, die aan projecten werken, een drama groep repeteert.
 
We fietsen voldaan weer naar de Airstream, het was een leuke dag.

De volgende dag verder. We hebben een super spannend boek op de e-reader staan. Daardoor te laat naar bed. De volgende dag kom ik moe overeind, als de wekker zich meldt. Ik was nog ver weg verwikkeld in allerlei complotten. We pakken onze route weer op, maar om een uur of drie ben ik het goed zat. We slaan de hoofdweg af en belanden bij een begraafplaats in het binnenland. Eerst maar eens een kop thee zetten en overleggen. We lopen een half uurtje door de omgeving, veel vogels die kwetteren, schapen en wat boerderijen. Boomgaarden met olijfbomen. Het begint te miezeren wat doen we? Blijven we hier of rijden we nog verder. Uiteindelijk toch voor het laatste gekozen en tegen zes uur rijden we de camping Cepo Verde bij Gondesende op.

De camping ligt midden in een natuurpark, Parque Natural de Montesinho, we zijn de enige bezoekers. De bossen druilen van de regen. Het is hier aardig nat, de bodem blubber. We zullen boodschappen moeten halen in Bragança, want het wordt weekend en de voorraad is geslonken. Nu doen we het met pannenkoeken, omdat ik nog wel een ei, melk en meel heb.

Morgen hoop ik lekker wandelen als het weer een beetje opknapt, het koud en nat. Het geeft me in ieder geval tijd om ons blog weer aan te scherpen.  

zaterdag 7 februari 2015

Quinta de Odelouca.

We zijn zeer rustig aan het inpakken en opeens krijg ik gezelschap. Een roodborstje zit op de drempel en kijkt me aan, van heb je nog iets voor me. Helaas niets en hij hipt weer verder. Even later komt hij weer terug. Weer vangt hij bot en vliegt weg. Als ik de badkamer aan het opruimen ben, zit hij tot mijn verbazing binnen op de bank en laat daar natuurlijk een spoor achter. Nogmaals zeg ik hem dat de Airstream een mooie caravan is, maar niets voor jonge vogels, waarop hij naar buiten vliegt.



Net buiten  Isla Cristina, komen we langs een lagune waar volop flamingo’s staan. We zijn zo verrast, dat we geen tijd hebben om een foto te maken, want stoppen kan niet langs deze doorgaande weg.

De volgende stop is slechts 130 km verderop. Midden tussen de heuvels van de Algarve ligt een Nederlands camping. De eigenaren Thea en Bert hebben de sprong naar Portugal gemaakt.
 
Het is een prachtige camping, met grote terrasvormige plaatsen.  Het sanitair gebouw is goed onderhouden met vloerverwarming. Op de camping is een waterzuiveringsinstallatie, waardoor zij in hun eigen behoefte kunnen voorzien.  Wat een verschil met een Marokkaanse camping. De aanrij route is heftig, over een verhard kronkelig zandpad. Maar dan sta je ook in een prachtige vallei, aan een kant begrenst door een stuwmeer.
 

De rivier de Odelouca dankt haar naam aan een legende. Een Moorse prinses werd verliefd op een Christelijke prins, die aan de andere kant van de rivier woonde. Tegen de wil van haar vader in, probeert ze haar prins te bereiken. Helaas viel ze toen in het water en verdronk. Toen het bericht haar vader bereikte riep deze wanhopig uit: ”Oh! de louca!!....”(Oh de dwaze!)

In de vallei liggen meerdere dorpjes die lokale producten verkopen, honing, olijven en kurken, gemaakt van kurkeik.

Het duurt jaren voordat de bast kurk rijp is.
De lokale flora en fauna bestaat uit, mini irissen, orchideeën, de pimpernel, affodil, munt, lavendel, tijm en cistus en vele andere plantensoorten. Verder zijn er haviken, sperwers, verschillende soorten adelaars, leeuweriken, distelvinken, bijeneters, wielewalen en nachtegalen. Dus een gebied om te bezoeken.

 
Ondanks het feit dat de zon schijnt, is de wind gemeen koud. Dit weerhoudt ons er niet van een lekkere wandeling door dit mooie stukje Portugal te maken.
De geplande route

 


donderdag 5 februari 2015

Isla Cristina

Asilah,
Om zes uur opgestaan, ondanks het feit, dat ik me voorgenomen had nooit meer vroeg op te staan. De boot vertrekt om tien uur en je moet een uur tevoren in de haven zijn. We schatten, dat het anderhalf uur rijden is. Er zijn altijd die laatste moment klussen, zoals elektriciteit binnen halen, gas en water afsluiten en de pot moet leeg. Onze timing loopt perfect en om kwart over zeven rijden we weg. Het is nog rustig, het schiet lekker op. We krijgen een cadeautje mee, prachtige wolken door de opkomende zon.

Bij de haven de bekende drukte. Eerst aan een boarding pas komen, die men voor je tegen de nodige Dirhams wil regelen. Dit kunnen we zelf ook. Dan langs de politie om een stempel te krijgen, dat we vertrokken zijn en dat we onze auto of caravan niet achter gelaten hebben. Je gaat tenslotte van Afrika naar Europa. De douane door, met nog een stempel. Het duurt altijd lang, maar we zijn nu vertrouwd met de procedure.

De scanner is kapot het geheel wordt verbouwd. Een douanier komt kijken of we geen ongeoorloofde waar aan boord hebben en of er geen verstekelingen zijn. Vooral dat laatste is van belang. Ik hoorde, dat er een camper was gesnapt met vier verstekelingen in de kast en onder het bed. Bij ons alles op slot om dit te voorkomen. De haven is giga groot. We moeten naar pier treize, ik begrijp 13, als zijnde Frans. Nu die is er niet, blijkt het treis te zijn, hetgeen drie in het Spaans is. Een Spaanse maatschappij, dus een Spaanse bemanning. We staan rustig te wachten. Fred merkt op dat het al kwart voor tien is en dat ze mogen opschieten –de optimist.  Het vervelende is, dat je nooit weet hoelang het duurt en wat ze willen. Er worden vrachtauto’s geladen, weer allemaal achterste voren. Uiteindelijk zijn tegen elf uur de personen auto’s aan de beurt. Die gaan er voorwaarts in. Het is niet erg druk, dus mogelijk kunnen we aan boord keren. We zien wel als we over zijn.

En dan weer wachten met koffie. Boekje erbij. Tegen twaalf uur klinkt de fluit en zijn we weg. Het is maar een klein uurtje varen. Aan de overkant gaat het allemaal sneller. Eerst de vrachtauto’s eruit en dan kunnen we inderdaad ronddraaien. Het Roll on Roll off systeem is in deze oude boten nog niet uitgevonden.

Aankomst in Algeciras
 

Ja……. en dan ben je in de geordende wereld. Geen overstekende mensen meer op de snelweg, geen taxi’s die voor je neus stoppen. Hekken rond de weilanden om vee binnen te houden. Geen moskee die oproept tot gebed. Ik merk dat ik dat geluid nu zelfs mis, zo waren we eraan gewend.  Maar, een prachtig landschap, want mooi is Andalusië wel. We strijken aan het eind van de dag neer op een camping bij Alcalá de Los Gazules. De camping ligt in een dal omgeven door bergen. Een mooi wandel gebied, maar we willen door. Via Portugal, Spanje en Frankrijk naar huis. Dit is weer zo een paradijsje om terug te komen.

We hebben een reisschema opgesteld. Zodat we eind februari thuis zijn. In dat schema is ruimte om op interessante plaatsen in Portugal iets langer te blijven.

De dag erop in Isla Cristina gestaan. Een vissersdorp, met grotere en modernere boten dan in Marokko. Aan het strand worden kokkels gevangen door met een net, dat over een bak gespannen is, over de bodem te schrapen. Achter de bak een autoband om het net op spanning te houden.  Een vernuftig systeem. De bak schept zand, dat door de achterwaartse beweging van de man, die de bak trekt, wordt gefilterd en de kokkels blijven achter in het net. Puur handwerk en wel koud, want ze staan met hun voeten in het water op een zandplaat.

Er zijn veel strandvogels en in de lagune geloof ik kraanvogels.



 
Een jukel van een kwal.
 

We gaan in het plaatsje lunchen, dan hoef ik vanavond niet te koken. We bestellen gegrilde gamba’s met brood. De gamba’s zijn mooi gekruid en liggen op zeezout. Echt een traktatie. We zijn deze temperaturen van rond de 10 graden niet meer gewend. We eten met  dikke jas aan .

Na ons boodschappen rondje zijn we weer terug, morgen verder.

maandag 2 februari 2015

Laatste uurtjes in Marokko


We hebben de beslissing genomen morgen over te varen.  Vandaag druk met opruimen. Caravan gewassen, de laatste was gedaan, auto schoon gemaakt en ingepakt. Al met al een hele tijd mee bezig. Onze laatste Dirhams uitgegeven aan vlees en vis, plus een fles wijn. Helemaal de tol vergeten dus terug naar het dorp om tolgeld te halen.
Riet en Henk, onze Nederlands buren, zijn ook vertrokken met iets meer zelfvertrouwen dan toen ze hier aankwamen. Maar dat zijn geluiden, die je wel vaker hoort als mensen voor het eerst naar Marokko gaan. Ik heb helemaal geen zin om over te gaan, maar aan alle goede dingen komt  een eind.
Gisterochtend weer naar de Berber markt geweest en ik heb een Berber hoed gekocht. In de caravan niet praktisch, veel te groot wat betreft zijn omvang. Hij geeft heerlijk schaduw over je gezicht. Ik word wel nagekeken met het ding op mijn hoofd. Lachen.

 
Gisteren  op het strand gelopen. We zullen de zee missen.

Fred was enorm geïnspireerd door de schuimkoppen op het strand. Hij heeft mooie plaatjes geschoten.
 

We zullen via de Algarve naar huis rijden.  Helaas geen internet in Portugal en Spanje en hoe het dan op de campings is ,weet ik niet. Ook Frankrijk is vaak lastig. Dus mogelijk even radiostilte, niets om je zorgen over te maken. Het plan is eind Februari thuis te zijn.